De waarde zit in de zoektocht

Is inclusiviteit een manier van zijn of van handelen? Is het iets in mensen, of tussen mensen? Moeten we leren om inclusief te zijn of moeten we ontleren inclusief te zijn? (Het eenvoudige antwoord op alle vragen zou ja zijn. Maar achter die eenvoudige ja ligt een complex web van schijnbaar ontelbare verbanden). En moeten we een definitie van inclusiviteit opstellen om die te kunnen bevorderen?

Type Actueel
Gepubliceerd op 30 maart 2023
Onderdeel van Embassy of Inclusive Society
Actueel
De waarde zit in de zoektocht
Onderdeel van Embassy of Inclusive Society
Embassy of Inclusive Society in Van Abbemuseum - credits: Tommy Köhlbrugge

Hoe gaat men om met het beantwoorden van deze vragen? Gaat het echt om het vinden van een antwoord of gaat het om het blootleggen van een proces dat door iedereen gebruikt kan worden? Het lijkt een ontmoedigende taak. Dit was precies wat de Embassy of Inclusive Society in 2022 wilde doen, met het doel Dutch Design Week (DDW) 2022 te gebruiken als een ruimte voor collectief leren en delen.

De waarde zit in de zoektocht

Een van onze uitgangspunten was dat het bij een vraag niet noodzakelijk om een antwoord gaat. Het stellen van een vraag is het begin van een zoektocht, wat volgens mij het belangrijkste element is. Een vraag is een ticket om op zoektocht te gaan.

Een zoektocht van ontdekking, inzicht, realisatie en meer. De vraag geeft slechts een richting aan, maar zegt niets over de bestemming. Als je op zoektocht gaat kun je het beste niet alleen gaan, maar een reisgezelschap verzamelen. Een zoektocht heeft zoveel mogelijk zintuigen, harten en geesten nodig. In je eentje is het moeilijk om alles wat er gebeurt te verwerken. We zijn allemaal geconditioneerd met manieren om naar de wereld te kijken en ermee om te gaan. We ervaren er slechts een fragment van. We hebben anderen nodig om onze wereld volledig te ervaren en te begrijpen. Mensen die betoverd, bang of geïnspireerd worden door verschillende dingen. Een ander belangrijk aspect van een zoektocht is het vastleggen van wat je tegenkomt, en wat het met je doet. Vastleggen is een manier van delen, maar ook een manier van je gedachten en gevoelens observeren. Het vormt een kaart en een plaatsbepaling, zodat anderen zich bij de zoektocht kunnen aansluiten, van de zoektocht kunnen leren of de zoektocht kunnen begeleiden met hun eigen ervaringen en inzichten.

Er werd een reeks bijeenkomsten gepland waar dit plaatsvond. Het Embassy team deed grondig onderzoek om tot het verhaal van de Embassy te komen. Hiervoor nodigden ze een uiteenlopende groep mensen uit, uit verschillende gemeenschappen en de creatieve industrie, voor drie lunch dialogen en vier ontwerpsessies.

De Voorkamer in Utrecht, de Afrikaanderwijk Coöperatie in Rotterdam Zuid en Bureau Ruimtekoers in Arnhem vormden de setting voor die lunch dialogen. Elke lunch dialoog had een ander thema, bijvoorbeeld over wat je nodig hebt om je welkom te voelen in een ruimte en over je eigen denkpatronen en stigma’s. Tijdens de lunch was er ruimte voor iedereen om vanuit zijn eigen perspectief te spreken. Iedereen heeft zijn eigen verhaal te vertellen en iedereen is ervaringsdeskundige. Tijdens deze sessies werden kaarten gemaakt van een deel van deze zoektocht. Aantekeningen van deze sessies vonden hun weg naar de DDW expo in de vorm van prints of zelfs handgeschreven op kussens die in de ruimte bevonden.

Ontleren

Een veel voorkomend misverstand over inclusiviteit is dat we het zien als iets dat we zijn, in plaats van iets dat we doen. Inclusiviteit wordt gezien als een kwaliteit in plaats van een actie of een identiteit in plaats van een manier van handelen. Dat is het eerste stap van het ontleren: stoppen met kijken naar inclusiviteit als een vorm van zijn, want dat is een statische benadering. Het veronderstelt dat je inclusief wordt en dat je dat blijft, los gezien van je handelingen. Het veronderstelt dat je inclusief wordt en dat je dat blijft, alsof dat niet afhangt van je handelingen. Het is een eigenschap van een individu geworden in plaats van een bekwaamheid. Bekwaamheid in inclusie betekent dat je gedrag contextafhankelijk is. Het houdt rekening met de situatie, ruimte, machts dynamiek, enz. en produceert dan een bepaalde uitkomst die op dat moment als inclusief kan worden omschreven. Ik stel voor inclusiviteit niet te bekijken door de lens van het ‘zijn’, maar door de lens van het ‘voortdurend worden’.

Ontleren klinkt als een chique theoretisch concept. In sommige opzichten is het dat ook, maar in wezen draait het om het voortdurend in twijfel trekken van vooronderstellingen en het bijsturen aan de hand van de situatie. Ontleren is een gevoelige en introspectieve handeling. We vinden het allemaal moeilijk om geconfronteerd te worden met dingen die we misschien verkeerd hebben gedaan of die anderen of onszelf hebben gekwetst. Maar hier gaan we allemaal doorheen. Daarom is het delen van deze innerlijke confrontaties een belangrijk aspect van de zoektocht. Door onze onzekerheden rond onze gedachten en denkpatronen te delen, ervaren we de veelvoorkomendheid van deze onzekerheid bij anderen. Het is een manier om een gemeenschappelijke basis te vinden. Dit is het tweede deel van het ontleren en omdat het uit de dialoogsessies met de Embassy naar voren kwam werd het gekozen als de focus van de zoektocht. Inclusiviteit kan gezien worden als een uitnodiging om onze samenleving samen vorm te geven. Waar het om gaat is dat we steeds weer openstaan voor die uitnodiging. Dat moeten we blijven oefenen. Zo niet, dan kunnen we terugvallen in diepgewortelde denkpatronen.

De architectuur van het toebehoren

Om dit delen mogelijk te maken is een ruimte nodig. Een ruimte waarin het gedeelde kan rondzwerven en zonder oordeel kan bestaan. Het creëren en onderhouden van zo’n ruimte is een zorgvuldige taak. Dit was een belangrijk aandachtspunt in deze Embassy; het creëren en onderhouden van ruimtes waar mensen zich vrij en veilig voelen om hun wellicht pijnlijke gedachtes te delen. Of het nu ging om de conferentie, de tentoonstelling of de voorbereidende sessies, telkens werd zorgvuldig een ruimte gecreëerd die plaats biedt aan het delen en reflecteren.

Tijdens een van de sessies in De Voorkamer werd het thema “zich thuis voelen” besproken. Het idee was dat één van de voorwaarden om je ergens betrokken bij te voelen is dat je ergens bij hoort. Veel mensen in dit gesprek hebben hun huis moeten verlaten door verschillende omstandigheden, vanwege oorlog, geweld, armoede enz. Je thuis verlaten is iets wat weinigen van ons willen doen, maar velen van ons moeten doen. Om de dichter Warsan Shire te citeren: “Niemand verlaat thuis, tenzij thuis de bek van een haai is.” Waar het huis de materiële ruimte is die we bewonen, is het thuis een emotionele ruimte. Het bestaat uit herinneringen, gevoelens, relaties, hoop, maar ook teleurstellingen of angst. Een thuisgevoel kan worden omschreven als het in evenwicht zijn van de materiële en de emotionele ruimte. Mensen in staat stellen zich thuis te voelen is de architectuur van het toebehoren. Het betekent het ontwerpen van een steiger waar mensen hun eigen bouwmaterialen (verhalen, herinneringen, geuren en geluiden) kunnen meebrengen om het huis te bouwen. 

De tentoonstelling in het Van Abbemuseum tijdens Dutch Design Week 2022 kan worden gezien als een oefening in het ontwikkelen van deze architectuur. Er was weliswaar een “tentoonstelling”, maar die was zo opgezet dat het een ruimte was waar dialoog kon ontstaan, een ruimte om te zijn en te worden, een ruimte om je prettig in te voelen en te rusten.

Ruimtes van opkomst

Eén van de voorbeelden van een element van een dergelijke architectuur is Haptic Room Studies #1 Porcelain Membrane Wall en #3 Conservation piece. Dit is een samenwerking van het collectief OtherAbilities: Adi Hollander, Andreas Tegnander, Eva Fotiadi, Ildikó Horváth, Sungeun Lee en Yonatan Cohen. De werken maken deel uit van een langdurig artistiek onderzoek naar de ‘zintuiglijke vertaling’ van beeldende kunst en performance kunst. Bijvoorbeeld door het geluid van een film of een muziekstuk te vertalen naar een tactiele ervaring. 

Vrouwen met een migratieachtergrond deelden hun verhalen in ‘How to Tell a Herstory’. Dit is een platform dat ruimte schept voor een kritische reflectie op gender, migratie en machtsstructuren binnen het gezin, door de lens van alledaagse fotografie. Elk verhaal begint met een aantal foto’s die door de verteller zijn uitgekozen en geüpload naar de Herstory Tool, een leermiddel dat speciaal is ontwikkeld door Affectlab in samenwerking met developer Babusi Nyoni. Ook Ebru Aydin, die onder andere de foto’s maakte, en textielkunstenaar Marjolein van der Wal werkten mee aan dit project.

De tentoonstelling omvatte ook objecten van ontwerper Asefeh Tayebani. Tayebani geeft met haar objecten inzicht in het leven met autisme. De ontwerpster bevindt zichzelf op het autismespectrum. Ze wil mensen met autisme tonen dat hun handicap geen ‘box’ is waarin ze zich moeten verstoppen.

Twee met hout ingelegde tafels bieden een uitnodiging om samen te komen en gedachten en ideeën uit te wisselen. Dit werk komt uit De Voorkamer in Utrecht, een plek waar verschillende culturen elkaar ontmoeten. De tafels maken deel uit van een serie van vijf ontworpen door Pim van der Mijl, Sapin Makengele, Maher Sobhea, Alaa Khweis en Shurooq Al-Qasemi. 

Ook de installatie ‘Design Anthropology in the context of social issues’ was te beleven tijdens DDW22. Enerzijds nodigde deze installatie beleidsmakers uit om kennis te maken met design antropologie als nieuwe benadering van inclusieve burgerparticipatie. Anderzijds bood de installatie nieuwe inzichten en handvatten aan ontwerpers die op een participatieve manier willen creëren. Bureau Ruimtekoers ontwikkelde samen met design antropoloog Tina Lenz een vijf-stappenproces gebaseerd op de principes van design antropologie.

De geselecteerde werken zetten op zichzelf al aan tot nadenken, maar ze fungeerden ook als dragers van verschillende workshops in de ruimte. Er waren in totaal veertien workshops en sessies waarin met elkaar gediscussieerd kon worden. Zo ging ‘Inclusively Wired’ over de talenten en kwaliteiten van mensen met neurodiverse hersenen. Neurodiversiteit wordt vaak bestempeld vanuit het perspectief van een stoornis, met het risico dat degene met een neurodivers brein niet meer als persoon wordt gezien. Maar ook dat neurodiverse mensen, vaak jongeren, zich vaak anders of zelfs buitengesloten voelen. Zijn we in staat verder te kijken dan de etiketten en neurodiversiteit te omarmen als een baanbreker? De Inclusively Wired sessie, georganiseerd door Studio Junctuur, iDROPS en Daisy Dawson, was een vervolg op een lezing op Design Fest Gent en de summer school die iDROPS in juli organiseerde.

Persfotografen, journalist-onderzoekers van het lab Journalism and Responsible Innovation van de Fontys Hogeschool, ontwerpers en ervaringsdeskundigen verkenden hoe we de problemen rond dakloosheid beter voor het voetlicht kunnen brengen. Dit gebeurde tijdens de workshop ‘Het Beelddepot: een beter perspectief op dakloosheid’. Waarom is deze beeldvorming en representatie belangrijk en welke verantwoordelijkheid hebben journalisten hierin?

Macht aan tafel

Een veel gebruikte metafoor is die van het geven van een plaats aan de tafel. De tafel is de plek waar beslissingen worden genomen. Maar als het echt om inclusiviteit gaat, moet de vraag worden gesteld wie bepaalt wie er aan tafel mag zitten. Machtsdynamiek speelt op vele niveaus een belangrijke rol. Het gaat er niet alleen om wie mag beslissen wie een plaats aan tafel krijgt, maar ook wie bepaalt waarover we praten, wie het woord krijgt, wiens woord serieus wordt genomen, en wat er met alle input wordt gedaan. Deze aspecten van macht werden een belangrijk element dat in de Embassy conferentie naar voren kwam.

Eén van de manieren waarop macht werd besproken, zij het impliciet, was in het Design Perspective over inclusie. Architect Lyongo Juliana, ontwerper Myrthe Krepel van Studio Smelt, Neele Kistemaker; oprichter van Muzus, en Aurore Brard van FysiekFabriek lieten het publiek zien hoe zij inclusiviteit in hun ontwerpproces toepassen. In de verschillende presentaties doken machtsvragen op. In de presentatie van Lyongo Juliana rees de vraag naar het perspectief van Caribische ouderen die op straat socialiseren. Een gangbare praktijk in het Caribisch gebied, maar ook in Zuid-Frankrijk, werd door de autoriteiten gezien als rondhangen en iets dat moest worden weg ontworpen. Een architect die de sociale praktijk begreep, hielp de mensen, die hun leven leefden volgens hun culturele waarden, te destigmatiseren.

Bij FysiekFabriek werd de macht overgedragen aan de mensen die hun omgeving moesten veranderen om een autonoom en bevredigend leven te kunnen leiden. De oplossing was om personen met een handicap toegang te geven tot een maker, die ingrepen die de cliënten zelf bedachten om hun leven te verbeteren, mede zou ontwerpen. Dit voorbeeld liet zien dat de handicap in de omgeving zat en niet in de persoon. Met relatief eenvoudige hacks werd het leven genormaliseerd. De persoon met de behoeften stond in de regie en de ontwerper gaf de cliënten toegang tot hun vaardigheden en kennis. De ontwerper werd een krachtwerktuig, in plaats van een machtsmiddel. 

Wie de ontwerper dient, was ook prominent aanwezig in de casus van Studio Smelt. In een parallel met het verhaal van Lyongo Juliana werd ook Studio Smelt gevraagd zich bezig te houden met veiligheid in de openbare ruimte. Myrthe Krepel realiseerde zich dat de mensen die gezien werden als de aanstichters van het onveilige klimaat in bepaalde openbare ruimten gestereotypeerd werden. Door haar eigen denkpatronen te onderzoeken, kon zij de stereotype jongeren benaderen en ontdekken dat zij zich zelf ook niet altijd veilig en welkom voelden. Dit toonde de kracht van het aangaan van je eigen denkpatronen en durven accepteren dat je het mis zou kunnen hebben, maar dat je in staat bent om te veranderen.

Het vraagstuk van macht kan betwistbaar zijn, maar het is het onderdeel dat alle elementen van inclusiviteit met elkaar verbindt. Het is wat het theoretische naar de praktijk brengt. Het legt de verantwoordelijkheid bij degenen die de omstandigheden kunnen veranderen. Dit betekent niet een speciale klasse van mensen die als machtig worden beschouwd. Hoe meer macht je hebt, hoe meer je kunt doen, maar als je je kwetsbaar opstelt, kunnen we allemaal in ons leven wel wat macht vinden. De vraag is dan wat we daarmee doen. Gebruiken we die macht alleen om onze eigen doelen te bevorderen of om anderen toegang te geven? Maken we ruimte voor anderen als we beseffen dat we meer ruimte innemen dan we nodig hebben? Spreken we elkaar aan op misbruik van macht? Gebruiken we onze macht om de architectuur van uitsluiting te vernietigen en een architectuur van toebehoren op te bouwen?

Constructie van constellaties

Uiteindelijk voelt het allemaal heel basaal: je gezien voelen, je gehoord voelen, erkend worden, gerespecteerd worden, geliefd worden. En het voelt basaal, omdat het dat ook is. Dit zijn allemaal behoeften die mensen hebben. Door alle culturen en tijden heen hadden mensen deze dingen nodig om zich heel te voelen. Een vraag gekoppeld aan het aspect macht dat niet rechtstreeks aan bod kwam binnen de Embassy in 2022 is waarom het zo moeilijk is om deze basisbehoeften te vervullen? In een kapitalistische wereld waar schaarste een instrument is om (economische) waarde te creëren, concurreren we allemaal om middelen. Niet alleen materiële middelen, maar ook emotionele middelen. De dagelijkse sleur om materiële middelen maakt ons uitgeput en vervreemd van anderen, omdat zij geen medeburgers maar concurrenten zijn. Als er weinig is, betekent het betrekken van anderen dat er nog minder is. Maar niet iedereen wordt gezien als concurrentie. Er bestaat een hiërarchie van de “ander”. Mensen die eruitzien en zich gedragen zoals jij staan hoog op de lijst. Mensen die dat niet doen, staan lager. Deze hiërarchie is niet binair, maar een schaalverdeling. De assen strekken zich uit langs geslacht, klasse en ras, en verdelen ons in atomische bollen die door de kapitalistische ruimte zweven. Telkens als deze fragiele bubbels botsen, barsten ze. Als gevolg daarvan probeert iedereen hun zeepbel te versterken om de botsing te overleven, waardoor we van elkaar wegstuiteren. Maar wellicht is er een andere manier. Als kind hield ik ervan zeepbellen te blazen. Eén van mijn favoriete bezigheden was te proberen de zeepbellen die ik al had gemaakt en die in de lucht zweefden, met elkaar te verbinden en deze zeepbelconstellaties te laten vormen. Het was verbazingwekkend om te zien hoe deze fragiele bollen structuren vormden. Het was niet gemakkelijk en vergde oefening, maar het was intens bevredigend.

Verbinding maken kost moeite en de dagelijkse sleur maakt het moeilijk om de geringe energie die nog over is te besteden. Maar zelfs in deze omstandigheden slagen mensen er toch in om verbindingen te leggen en gemeenschappen op te bouwen. Voor mij was dit een van de mooiste dingen van de Embassy of Inclusive Society 2022. Al die moeite van al die verschillende mensen om relaties met elkaar op te bouwen en te onderhouden. Zorgvuldig en nadrukkelijk constellaties bouwen die steeds zachtjes zweven. Mijn hoop is dat de Embassy ruimte blijft maken voor het bouwen van deze structuren en dat ze ook onderzoekt wat ons ervan weerhoudt om ze te bouwen.

chapter-arrow icon-arrow-down icon-arrow-short icon-arrow-thin icon-close-super-thin icon-play icon-social-facebook icon-social-instagram icon-social-linkedin icon-social-twitter icon-social-youtube